Nu het kabinet inmiddels demissionair is en de STAP-regeling voor 2023 beperkt is en daarna beëindigd zal worden, heeft de NRTO de ervaringen ten aanzien van de STAP regeling gedeeld met de minister van Sociale Zaken, mede met het oog een kansrijk beleid ten aanzien van leven lang ontwikkelen in de nabije toekomst.
De daadkracht van de minister om aan de slag te gaan met LLO hebben wij gewaardeerd. De NRTO onderschrijft de doelen van de STAP-regeling: het stimuleren van deelname aan arbeidsmarktgerichte scholing door werkenden en werkzoekenden, én streven naar het bedienen van doelgroepen die zónder de regeling niet deelnemen aan LLO. Het is positief dat via de STAP-regeling ruim 310.000 mensen scholing hebben kunnen volgen. Het was de bedoeling dat het lerende karakter van de regeling zou helpen om deze regeling zo scherp en effectief mogelijk te laten zijn. De valkuil van de regeling was dat deelname aan scholing kon worden gesubsidieerd zonder dat de kansen op de arbeidsmarkt daadwerkelijk werden gestimuleerd. Tegelijkertijd is arbeidsmarktrelevantie sterk afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden. Daarom was het noodzakelijk om te monitoren en bij te sturen als de praktijk daar aanleiding toe gaf. Dat is onvoldoende gebeurd. Door gebrek aan heldere rapportages en dialoog bleven noodzakelijke aanscherpingen uit. Hier zijn opleiders, de deelnemers om wie het ging en uiteindelijk de regeling zelf de dupe van geworden.
Juist nu is het leven lang ontwikkelen voor volwassenen van groot belang met het oog op onze maatschappelijke uitdagingen, zoals de krapte op de arbeidsmarkt, de energietransitie, de bouwopgave en innovaties die steeds sneller gaan waar IT-kennis en digitale vaardigheden worden gevraagd. Niet-bekostigde/private aanbieders dragen hier in brede zin aan bij.
De toekomst
De volwasseneducatie wordt van oudsher door de private sector geleverd. Wanneer de overheid overgaat tot het aanwenden van belastinggeld ten behoeve van het opleiden van volwassenen c.q. werkenden en werkzoekenden dient helder te zijn welk doel dat dient. Tegelijkertijd weten we waar de belangrijke belemmeringen zich bevinden waardoor niet iedereen toegang heeft tot LLO-onderwijs. Hierbij blijken de persoonlijke omstandigheden, familiaire en werkverplichtingen een grote rol te spelen, evenals de kosten voor opleiden. Deelnemers dienen dus vooral ondersteund te worden in het prioriteren van opleiden en het betaalbaar maken van de scholing op basis van een gelijk speelveld voor alle aanbieders.
De volledige brief leest u hier.